Of Koningsplein en omgeving
Tekst geschreven door Betty De Greef en Christian Nekkebroeck
Met dank aan Marie-Rose Ballon, Jean-Pol Calvaer, Nicole Coppens, Gilberte Cosijns, Anne Deras, Fabian Dermaut, Sonia Deryck, Mark Desmedt, Patrick de Vroom, Viviane Everaerts, Marc Hindrijckx, Marleen Liebert, Jean-Pol Leonard, Linda Louckx, Christiane Piel, Martin Rommelaere, Jean-Pierre Stoffels, Jozef Swaelens, Maurice Swaelens, Marc Van Bellingen, voor de foto’s en weetjes.
Den Drees met de S in spiegelbeeld, origineel. Het was niet zo bedoeld aldus Pol Léonard : "ik heb de S gewoon verkeerd geschilderd".
Dries betekent een braakliggend weiland. Bij een dries vindt men huizen (meestal) rondom een centraal driehoekig middenplein.
De wijk den Dries (op z’n Ro’s; den drees) was jarenlang de populairste wijk van Rode. Pakweg de bovenkant van de Lindestraat, de Terheidestraat tot aan het Bronstraatje behoorde tot de wijk. Centraal lag het middenplein. Twee geplaveide straatjes (Hof-ten-Hout en Krommeweg) en twee aardewegjes met wat kasseien (de Dwarshaag en een ondertussen verdwenen weg richting Boomgaardweg en school Wauterbos) gaven uit op het plein.
Tussen die twee wegjes stond de woning, of eerder een hoevetje van Dominiek. Hij had er boomgaarden, appels en peren. De schoolgaande jeugd plukte en passant een appeltje, tot groot ongenoegen van Dominiek. In zijn colère sprak hij nogal hees, met een fluitend geluid. De kinderen hadden er snel een slogan op gevonden: “Dominiek rikke tik heeft ne vogel ingeslikt”. De woning werd afgebroken rond 1957 om plaats te maken voor de Dwarshaagstraat.
Niet meer zichtbaar op de foto, links is het nog weiland en een wegje in de richting van de hoeve Hof-ten-Hout en een forse afdaling naar de Kwadebeek. Elektriciteit en leidingwater waren er nog niet (vanaf jaren ‘30). De “driezenaars” gingen water halen aan de waterput van de Kwadebeek (nu waterzuivering station aan de Paddenstraat). Een zware corvee, een kruiwagen geladen met een waterton naar boven sleuren moest door de stevige helling gebeuren met twee man (ene duwen en de andere trekken). Ze gingen via het Bronstraatje terug naar den Dries omdat het minder steil was.
Foto: collectie Dominique Olivier
Verdwenen weg richting Boomgaardweg en school Wauterbos.
Foto: Guido Vanden Houden
Den Dries was al in het begin van de twintigste eeuw een centrum van bedrijvigheid. De populariteit was ook zichtbaar door het aantal kermisattracties (meer dan in het centrum) en er stonden ook jaarlijks een kiosk voor de fanfare en een altaar voor de processie.
Den Dries was eerder rood gekleurd, café Titte Keu was het hoofdkwartier van de “sossen”. De socialistische partij van Rode werd trouwens opgericht in de vroegere beenhouwerswoning (nr 19) op het plein (+/-1900).
De eerste foto van Den Dries. Café de la Brasserie was er nog niet. De beenhouwerswoning, toen nog een café (Vischhuis bij Kees) stond er al, en iets verder de loods waar later de cinema Roxy zou komen. ’t Café du Lion Rouge zal worden afgebroken om plaats te maken voor de Brouwerij.
Foto: gemeentelijke collectie.
In die tijd was er een harde concurrentie strijd tussen de katholieken (CVP) en de Socialisten. Tijdens de processie knielden de katholieken en de socialisten bleven rechtstaan. Je kon duidelijk de voorkeur zien.. Enkele dagen voor de processie kwam ook de ‘zavelboer’ langs. Iedereen kocht dan een grote emmer wit zand om daarmee drie stroken op de straat te ‘ zavelen’. Zo werd er aangeduid waar de processiegangers moesten stappen. De Belgische vlag werd uitgestoken, tafeltjes met bloemen en kaarsen stonden voor de deur en de taartenbak, van huis tot huis, was ook een heel avontuur. Maar ’t was nog echt kermis!
Tot halverwege de jaren ‘60 was het zeer druk op den Dries, door het op en af rijden van de fel rood gekleurde vrachtwagens met logo van de brouwerij Rodea. In 1904 startte André De Greef de Brouwerij Rodea. Centraal op het plein bevond zich de mouterij (opgericht in 1917), die met een indrukwekkende schoorsteen met de initialen van de zaakvoerder (AD) zichtbaar was vanuit de ganse streek.
’Foto: gemeentelijke collectie
Foto: collectie Dominique Olivier
Aan de overkant van het plein richting Krommeweg/Dwarshaag, bevindt zich tot op vandaag de garage van de brouwerij nog bekleed in cimorné. Ook het woonhuis en de bierdepots bevonden zich aan het Koningsplein. Er was ook nog een brug over de Hof-ten-Hout die de verbinding maakte tussen de brouwerij en de mouterij.
Bij het stilleggen van de bedrijvigheid in 1967 werd, afgezien van de elektriciteitscabine bijna alles gesloopt, ook het woonhuis. De ruimte wordt nu grotendeels ingenomen door parkeerplaatsen en een appartementsgebouw “De Mouterij”. Den Dries heeft tot eind jaren 60 min of meer haar volks karakter met arbeidershuizen en kleinhandel weten te behouden.
Foto: Eddy Vannerom
Foto: Marc Van Bellingen, 2003
Foto: Frédéric Tonglet
Foto: Marc Van Bellingen, 2003
Elisabeth (Betty) De Greef, oudste dochter van brouwer Louis (2de generatie) en zijn echtgenote Maria Sterckx (koket madammeke altijd op wandel met een hoedje), doet haar verhaal :
"Het ging er op Den Dries heel levendig-jeugdig aan toe. Er werd tegen de avond danig gespeeld en gevoetbald. Wij, de De Greefkes, mochten niet “op straat” en ik sloeg het vrolijk ravotten van zoveel kinderen gade vanachter het grote raam van ons herenhuis. Mijn eerste kinder-liefde daarbuiten was erbij, onbereikbaar voor mij !
Dat het op Den Dries leefde is te braaf uitgedrukt want in het weekend was er in de cafés veel lawaai en herrie. Naast ons huis, in de warme maanden, was het groot terras van de café bij Mariaken Torre een attractie tot laat in de nacht. Ook aan de overkant, vroeger nog een café van de brouwerij, sloeg hetzelfde galmende geluid bij “Stamatoula” de decibels de lucht in (ik herinner me de Griekse schone, met haar pikzwart haar)".
"En dan de kermis proppen vol met attracties. Wij, de De Greefkes weeral, kregen een kwistig pakketje gratis tickets voor de kindermolen omdat de brouwerij zorgde voor de elektriciteit van de hele santenboetiek. Dat was tweejaarlijks feest voor ons en we rekten ons ten hemel om de “floch” te trekken. Mariette, de dochter van de uitbater van de kindermolen stond in het schietkot. Aan haar schelle stem kon je duidelijk horen dat ze haar mannetje stond en de klandizie wist te bekoren. Er werd geschoten op smalle witte pijpjes die alle kanten in scherven opvlogen. Maar ze heeft het overleefd !”
Waarschijnlijk allereerste schietkraam uitgerust met fototoestel
Martin Rommelaere schiet raak bij Mariette! Links staat zijn echtgenote Annie.
"De processie zit in mijn geheugen gegrift door het grote houten kruis dat achter het altaar werd gezet tegen de garagedeur van de brouwerij, het geheel versierd met rood fluwelen draperieën, afgeboord in goud. De pastoor met zijn gevleugeld gevolg en de opgetrommelde verenigingen, schreed vanonder zijn baldakijn naar voren, zette zijn monstrans even neer en knielde in danige devotie. De fanfare vluchtte ondertussen naar de cafés. Ik vraag me af waar de mensen alom zoveel bloemblaadjes in emmers bijeen sprokkelden om uit te strooien ? Zo sfeervol en feestelijk was die dag.
Nog even…
De cinema Trianon. Op school bij de zusters werd het ons streng ingeprent en verboden om naar de onzedige foto’s van de filmsterren te kijken. Ik heb me braaf en gehoorzaam gedragen en keek de andere kant op. Tot ik het doorhad !
De Roxy herinner ik me tijdens de kermis omdat ik in het geniep eens binnen glipte om van het swingen in het halfduister op de dansvloer te genieten."
De cinema zaal werd ontruimd in vooruitzicht van de kermis. Plaats maken voor de orgel en om te dansen. Foto's: Linda Louckx
"Het intiemst herinner ik me mijn vader in zijn werkplunje, zijn salopette en zijn cache-poussière, gaande van de garage naar de brouwerij en weer omgekeerd. Er viel zoveel te onderhouden, te repareren aan die camions en de machinerie ! Ik zie hem al fluitend, welgezind en vriendelijk tegen iedereen.”
Den Dries werd later, terecht voor ons aller verleden en samenleven het Koningsplein genoemd.
Fineke Blok (Josephine Vanderaa) had geen winkeltje op den Dries maar ze verkocht wel nootjes aan ’t gewicht, gezien de weegschaal op de kruiwagen. Harde tijden voor een jonge weduwe als Fineke, ze woonde op een tweekamerappartement boven 't Café de la Brasserie.
Op de foto, genomen in 1924 op den Dries, staat Fineke met haar vijfjarige dochtertje Albertine De Neyer. Het trouwboekje vermeld “Wasschertje” als beroep! Fineke haar kleindochter is Marleen Liebert, gewezen secretaresse van onze Burgemeester!
Het volkskarakter en de kleinhandel zijn ondertussen verdwenen. Het succes van den Dries was ook te wijten aan de talrijke jeugdcafés, de cinema’s en de frituur van Louis en Mariette Deryck.
We geven een overzicht van de handelszaken, een overzicht van de cafés en de cinema’s kunt u terugvinden op een andere pagina in deze website.
De viswinkel en café van Eda en Emma, dochter en kleindochter van Wanne van Keu. ’s Vrijdags werd er toen voor de klanten vis gebakken in de winkel.
Op de foto zien we Wanne van Keu voor ’t café en het handelsregisternummer (HRB). De HRB werd toen (en door de Duitse bezetter) op de gevel geplaatst.
Foto : Sonia Deryck
Nummer 90 was een bakkerij. Er waren twee uitstalramen: rechts een voor de taarten, maar het linkse was een echte blikvanger met de mooie dozen voor suikerbonen, voor de pralines met Moederdag en zeker met de chocoladefiguren rond Sinterklaas. Het winkeltje werd uitgebaat door een vrijgezelle juffrouw “mademoiselle”, haar broer was bakker. Toen de bakker overleed werd de winkel gesloten. Mademoiselle verkocht ook zwarte ether-bollekes, waarvan de kindjes groggy werden. Deze bollekes verdwenen later uit de handel.
Nummer 83 was oorspronkelijk ’t café l’Avenir (zie rubriek Cafés) dan de stoofwinkel van François Tondeur en later de eerste vestiging van Drukkerij Demol. François Demol was een populaire figuur in Rode, organisator van de wielerwedstrijd de Brabantse Pijl en hevige RSCA Anderlecht supporter waarvoor hij ook het drukwerk verzorgde. De woning werd achteraf ook de showroom en atelier van fietsenmaker Christophe Bikes.
G. Van Coningsloo, F. Demol, P. Cerami en F. Bracke
Foto: Fabian Dermaut
François Demol met Robbie Mc Ewan winnaar van de Brabantse Pijl
Foto: Fabian Dermaut
François Demol (L) met Kim Kirchen winnaar van de Brabantse Pijl
Foto: Fabian Dermaut
Dolfke hier al gepensioneerd met zijn echtgenote Maria
Jacqueline Laurent, dochter van Dolfke, was met voorsprong het mooiste meisje van den dries in de jaren ’60.
René(ke) en Roger Demunter met hun nonkel Dolf, de trouwste supporter van Roger, in 1980.
Aan het station van Tollembeek in 1961. Pikke in het midden, achter zijn kleinzoon Roger, die er zijn eerste koers reed.
Op nummer 85 woonde Pikke Congo. Zo heette Pierre Henri Laurent (1896 - 1967) in de volksmond. Pikke kreeg zijn toenaam door het café In de Congo,dat zijn grootouders hielden in de Termeulenstraat, schuin tegenover de Rollebaan. Pikke was loodgieter, net als Dolfke, zijn zoon, aan wie hij het vak leerde en met wie hij het kleine familiebedrijf uitbaatte. Dolfke werd geboren in 1920 en overleed op 102 jarige leeftijd in het rusthuisDe Groene Linde. De zinken dakgoten en gegalvaniseerde en loden leidingen die hij en zijn vader hebben geplaatst in Rode en omgeving zijn niet te tellen. Hun werkplaats in de Krommeweg bevond zich achter de winkel waar Catherine, de vrouw van Pikke, keukengerei, kachels en fornuizen verkocht. Buurman François Tondeur, bijgenaamd Zwette Swa, die op nr 83 ook kachels verkocht, was een concurrent. Dat leidde tot spanningen, Pikke en Swa waren dan ook geen vrienden.
Pikke Congo met zijn echtgenote Catherine aan zee (1951)
Nummer 87 was de drogisterij van Jeanne van Robert, later de beenhouwerij van Torre Tielemans en zijn vrouw Marcelline.
Toen Yvonne en Robert Everaerts de woning kochten, was het nog de stoffen, brei en naaigerief winkel van Nie Passijs. Nie had één dochter (Paula) en drie zonen, elektricien Lucien Raes, actief in verschillende verenigingen, Christian Raes, schrijnwerker, had later een winkeltje op de nr 100. Zijn echtgenote Louisette was in de jaren’80 nog cafébazin van “de voetbal” op het Winderickxplein in Alsemberg. Pierre Raes was een uitmuntend meubelmaker en gaf les in de Houtnijverheidschool in Brussel aan de Kapellekerk, aldus Martin Rommelaere (zie nr 12 Koningsplein) die er met Christian Raes zijn opleiding kreeg als meubelmaker.
Nummer 102 en rechts nummer 100
Foto: Viviane Everaerts
Nie Passijs
Foto: Anne Deras
Robert en Yvonne Everaerts lieten de woning ombouwen met een aantrekkelijke inkom en showroom. Robert was horlogemaker (toen werden de uurwerken nog hersteld ) en zijn vrouw Yvonne deed de winkel. Robert was verdeler van de bekende Pontiac uurwerken. De reclame van Pontiac was tic tac. Heel snel kreeg de winkel de bijnaam “bij Tic Tac”. Robert (° 1927-2024) was ook jarenlang jeugdtrainer bij La Rhodienne en speelde op zeer oude leeftijd nog wekelijks tennis.
Foto: Viviane Everaerts
Robert Everaerts "Tic Tac" 1927-2024
Nummer 107 was de woning van oud Burgemeester Georges Straete (1881-1961), met de gevel in cimorné. Hier is nu (2024) het verzekeringskantoor van Mark Partous. Toen Mark verbouwingswerken deed aan de schouw ontdekte hij in het metselwerk nog een tijdscapsule met daarin de naam van de bouwheer en datum. In de herfst van zijn leven woonde Georges er met zijn drie zussen, ondertussen weduwen. Eentje daarvan (Caroline) was gehuwd met Jules Sax, nog familie van de beroemde uitvinder van de saxofoon, Adolphe Sax.
Burgemeester Georges Straete
Nummer 120 was het kruidenierswinkeltje van Sabine van Kalle, rechtover de ingang van de cinema Trianon. Tijdens de entr’acte ging de jeugd nog snel snoepjes kopen. Het winkeltje van Sabine ging pas dicht na de entr’acte. Sabine haar zoon was Pierre Coosemans, eveneens een bekende Rodenaar, en was vooraanstaande medewerker van de Brabantse Pijl.
Nummer 122 was de woning van Taxi André Dury, was oorspronkelijk de woning van Transporteur Gustaaf Spriet. Er was een grote ruimte onderaan de woning, André Dury kon er zijn grote Chevrolet limousine bestemd voor de trouwfeesten parkeren. Voor zijn “taxi” verplaatsingen reed hij met een Volga, een Russisch merk en weinig bekend in onze contreien. Op de foto staat z’n Volga voor de deur.
Taxi André Dury
Nummer 124 was de kapperszaak van Jean Coiffeur (Van Rossum), links was de ingang voor de kapper, rechts was de parfumerie, nog even zichtbaar op de foto bovenaan.
Nummer 113 (later op de nr 100) was de TV, Radio en elektro zaak van Jaspar Piel en zijn vrouw Irène Hernalsteen. Met Pierre Belen (centrum Rode) was Jaspar de eerste fournisseur van TV’s aan de Rodenaars. Het verkoop van een TV ging ook gepaard met de installatie van een metalen antenne op het dak om de twee Belgische zenders (BRT en RTB) te bereiken alsook “Rijsel” de Franse zender. In de jaren ’60 stond er op elk dak een antenne. De sympathieke Jaspar (geboren in Rotterdam in 1911) was van Nederlands - Duitse afkomst en was verdeler van de toen welbekende en betrouwbare BELL tv’s.
De foto’s zijn van Christiane Piel
Jaspar en zijn dochter Christiane
Christiane en haar moeder Irène en haar Duitse herder op de koer van nr 113, dat uitgaf in de Krommeweg
Jaspar
Irène
Naast Jean coiffeur was er nog de kledijwinkel van Très van rossen dau (Cosijns). Het was een ruime winkel met een groot uitstalraam. Door de toen bruin gekleurde ruiten (was in de mode) was de winkel binnen nogal somber. In 1966 sloot de winkel en werd de gevel gerenoveerd.
Nummer 132 was eigendom van Wis Peule, een café en een kruidenierswinkeltje. Na de stopzetting van haar activiteit, werd ‘t café tijdelijk verhuurd aan Frits en Katrien Pasteleurs, daarna aan Jefke en Wiske Pain, stiefvader en moeder van Jean-Pol Leonard, schrijnwerker en eigenaar van het loft-atelier “den Drees” op de parking van het Koningsplein.
In 1964 werd de zaak omgebouwd tot bakkerij door Jean (Swaelens) en zijn echtgenote Adèle. Jean was de zoon van Wiske en was bakker zoals later zijn zoon Jozef, gediplomeerd patissier, die de zaak vanaf 1982 tot 2000 overnam met zijn echtgenote Irma. Jozef bakte lekkere Smurftaarten met slagroom en witte chocolade en verkocht ook huisgemaakte pralines. In 2000 werd de zaak verkocht aan Thierry Laroche, maar deze bakker ging failliet. Is nu een appartementsgebouw.
De foto’s zijn van Jozef Swaelens
Irma en Jozef
De vers gebakken broden koelen af achteraan de woning
Zoon Jozef en vader Jean van Peule, twee generaties bakkers
De viswinkel van Louis en Mariette Deryck-Lacus. In het weekend was er ook zijn frituur, die zeer laat open bleef voor de talrijke cafégangers en de cinema bezoekers die na de laatste seance nog een frietje kwamen eten. Ook wulken “Schargos” werden verkocht in het weekend. Men stond tot buiten aan te schuiven en het rook heerlijk naar de mee gekookte selder in de dampende marmiet waar Mariette achter stond.
Pastoor Moons (pastoor in Rode van 1970 tot 1993) kwam ook nen druge hairenk (haring) kopen bij Louis, verkleed in “viswijf” tijdens de jaarmarkt.
Foto : Sonia Deryck
Mariette voor de winkel
Foto : Sonia Deryck
Louis aan het fileren
Foto : Sonia Deryck
Een pakske friet?
Foto : Sonia Deryck
Koningsplein, met vooraan de Citroën bestelwagen van Louis waarmee hij zijn “ronde” deed en “schargos” verkocht op de Rhodienne tijdens de voetbalmatchen.
Foto : Sonia Deryck
Nummer 1 was een woning die in de loop der jaren ontzettend veel zelfstandigen herbergde. Was rond 1900 een beenhouwerij, werd nog de behang en verfwinkel van Nezze Swaelens, een kapsalon en de winkel van “chauffagist” Désiré Debecker.
Foto: Dominique Olivier
Foto: Marc Desmedt
Pierre en Anna waren ook de grootouders van DJ Marc, de populaire discobar, die vanaf 1974 tot 1997 voor de muziek zorgde op de toen talrijke bals in Rode en omgeving.
De woning werd later omgebouwd tot de kapperszaak van Pierre Degelas.
Foto: Gemeentelijke collectie
Foto: Marc Desmedt
De tabak, sigaren, sigaretten en rookgerief winkel van Pierre Desmedt en zijn echtgenote Anna Debast. Anna deed de winkel als Pierre ging vissen. Bovenaan het uitstalraam zie je nog de reclames van Armada en Boule d’Or, voor de ingang staat Anna.
Foto: Marc Desmedt
Nummer 8 was de verfwinkel - drogisterij van “Maria op den drees” ook “Maria Bazaar” genoemd (Machiels), maar beter gekend als speelgoedwinkel. Ze verkocht ook kinderkoetsen, vogelzaad... Het was toen een tweewoonst, Brussels commissaris Jean Capittel woonde achteraan (Nr 6) en was bereikbaar via de nog bestaande corridor. Zijn aangenomen zoon Christian Vanderhoeven kwam om het leven in 1966 op 15 jarige leeftijd in het vreselijk bus ongeval in Limburg a/d Lahn, waarin talrijke kinderen het leven lieten.
Christian Vanderhoeven (1951-1966)
Commissaris Jean Capittel
In het krantenknipsel is er sprake van de “kleine” Christian, maar de sportieve jongen was om en bij de 1m90 groot !
Luc Leemans, René Vosté en Jean-Jacques Lebeau, leden van de Turngroep Rode stappen naast de lijkwagen in de Dorpstraat.
Na ’t café van Mariaken Torren werd het de meubelzaak van Martin Rommelaere. Hij maakte meubelen in Spaanse stijl, toen in de mode. Martin was ook recordhouder van het aantal fietsrondjes tijdens “de Gordel” van 1987. Hij legde zomaar zeven Gordelrondjes af, of in totaal 630 km. In 1988 deed hij er nog een rondje bij met een Mountain Bike.
Na de meubelzaak werd het van 1980 tot 1987 een schoenwinkel (ShoeShop Rodea) van Charles en Nicole Jacobs-Coppens. Is nu een woning eigendom van Pol Leonard.
Martin met Schepen Herman Wauters.
Foto: Martin Rommelaere
Martin ontvangt de Gordelbeker uit de handen van Burgemeester Algoet. Mandatarissen Willem Savenberg, René Vandezande en Noël Beke kijken toe.
Foto: Martin Rommelaere
Achteraan was de zagerij van “Strop”(Jean Swaelens). Er werden dikke boomstammen gezaagd en dat geluid was part van de bedrijvigheid op Den Dries.
De woning van “Strop” ondergaat momenteel (2024) een grondige renovatie.
Nummer 19 was de beenhouwerij van Jaak van Pôske en Maria Mère, ouders van Pol Hannaert, later overgenomen door Jean en Paula Lebleu en hun zoon Jean-Marc. In deze woning werd de socialistische partij van Rode opgericht. De twee pagadders aan de ingang zijn Roland Swaelens en Alain Hannaert. Aan de woning was ook een slachtruimte. Beenhouwer Pol Hannaert slachtte daar zijn rund. Aan de ijzeren poort opzij de winkel zag je Pol soms het slachtbloed schrobben.
Foto : Paula en Jean Lebleu
Het café de Sportwereld van het echtpaar Adèle en Frans Deras-Louckx was gelegen naast de hoge steile muur van de mouterij. Eind jaren ’60 maakten de buren zich zorgen over de “gezondheidstoestand” van de toren, er waren tekenen van verval met oa. de metalen kap van 2 ton die de windrichting aangaf. In de jaren ’60 konden de kinderen nog probleemloos op straat spelen. Jean-Paul Louckx, zoon van Julien is aan het kaatsen in de Terheidestraat.
Foto genomen dichtbij de hoeve Hof-ten-Hout ter gelegenheid van een reclamestoet. Een kennis van Julien zit achteraan in het voertuig met een schaap en gaf een demo op de wolkaarder tijdens de rondrit. Julien was ook lokaal verdeler van de Simmons matrassen (zie bestelwagen rechts op de foto) en deed ervan de onderhoud door ze “te kloppen”. Op het voertuig staat J. Luockx ipv Louckx, maar iedereen wist dat het om Julien de schilder ging. Na de stopzetting werd de handelszaak verbouwd tot kapsalon van Nicole Bosmans, beter gekend als de echtgenote van Maurice facteur (Swaelens).
Foto voor de bouw van de cinema Roxy. Ter hoogte van de garage poort zal de ingang van de cinema komen. Het tuintje links (voor de witte woning achteraan) zal de woning, de behang en verfwinkel komen van Julien en Simonne Louckx.
De wolkaarder van Julien, een zitstoel met machine om wol uit elkaar te trekken alvorens te spinnen.
Nummer 6 was de woning van Jean Figeys, was plafonneerder (in die tijd ne plekker). Zijn zoon Hubert (1937 - 2012) was de eerste universiteit professor (chemicus) in Rode, hij was ook een uitstekende 100m loper één discipline waarin hij ook enkele wedstrijden won (1962).
Nummer 12 was de ijsjeszaak van Fanny en Jules Louckx. Woonden eerst op de nr 1 waar ze ook een café hebben uitgebaat.
Nummer 14 was café “Cowboy” van Moïse en Marie de Broyer, ouders van bekende Rodenaar Pierre die muzikant was (zie deze rubriek). Het was een jeugdcafé uitgerust met de populaire caféspelen (flipperkast, etc..). Werd in de jaren ’60 het krantenwinkeltje van Jeanneke en Martin Herremans. Hun zoon Marc was fotograaf bij de krant Het Nieuwsblad.
Marie(ke) de Broyer
Nr 20 – (nrs 18-20-22).
Jan-Baptist Vandenplas, bijnaam “ de Lange” en afstammeling van de eerste honderdjarige van Rode, Marie Vogeleer (link) huwde met Rosalie Tordeur en verbleven op de Terheidestraat. Het echtpaar kreeg vier kinderen, een zoon die vrij jong overleed en drie dochters.
Liza huwde met Dreike van den Arnol (André Hannaert) en waren de uitbaters van ’t café. Marguerite huwde met Maurice de Vroom (link) van Nederlandse afkomst en gewezen Adjunct-commissaris van de Politie in Rode. Dan was er nog “Klein Marieke”, die het dwerg syndroom had, woonde bij haar twee zussen en hielp mee in ‘t café. Ze had een hese en wat rauwe stem door een strottenhoofd gezwel en een vriendelijk gerimpeld gezicht. De drie zussen bleven quasi hun ganse leven naast elkaar wonen op de Terheidestraat.
De woning op de nr 20 is nog altijd eigendom van de Patrick de Vroom. Zijn broer Christian (1942-2018) (link) was Commissaris-Generaal van de Gerechtelijke Politie.
Marguerite naast haar vader aan de ingangsdeur van ’t café (nr 20 staat bovenaan).
Maurice de Vroom als Adjunct-Commissaris van de Politie in Rode.
De drie zussen, waaronder klein Marieke op het voorplan naast haar schoonbroer en cafébaas Dreike.
Nummer 39 was het kapsalon van Julien coiffeur (Devillé 1933 -2004)
Nummer 28 was de laatste woning ter hoogte van de Bronstraat, voor de afdaling naar de Hof-ten-Hout. Het was de beenhouwerij van Staaf van de prèter (Gustaaf Paesmans) op de foto met wit beenhouwersjasje naast zijn echtgenote Bebel in blijde verwachting van hun dochter Augusta . Zijn kleinzoon is Jean-Pierre Stoffels die in de buurwoning een kinépraktijk had.
© 2020 - 2023 - Deze website is een burgerinitiatief dat door de gemeente Sint-Genesius-Rode ondersteund is.