De Royal Waterloo Golf Club

Een club met internationale faam

Tekst geschreven door: Serge Dubois - vertaling Alain Swaelens

Korte geschiedenis van de Golf Club die zich bevond op de gronden in de nabije omgeving van Blarethoeve.

Bronnen:

  • Royal Waterloo Golf Club
  • Christian Nekkebroeck

Bron: Collectie Dominique Olivier - in 2021 kunstmatig gekleurde  foto

De Royal Waterloo Golf Club, momenteel gevestigd in Ohain, was lange tijd gevestigd in Sint-Genesius-Rode, op grond die in 1923 werd gepacht van boer César Blaret die de boerderij uitbaatte die oorspronkelijk Lecharlier heette (zie artikel over de boerderij van Blaret).

De brandewijnmaker (distilleerderijen) Louis Blaret was de vader van César Blaret. Hij zou ongetwijfeld zijn naam aan de boerderij hebben gegeven.

Dit huisvestte het eerste clubhuis van de Waterloo Golf Club in de zuidwestelijke vleugel. En het huisvestte ook de zeer jonge Rodesch-broers, Freddy en Patrick.

Hun vader, een vooraanstaande Brusselse stomatoloog, vroeg zijn vriend Pol Blaret om zijn zonen op de boerderij van zijn vader te huisvesten, omdat de geallieerde bombardementen van 1944 op Brussel echt gevaarlijk werden. Dit is hoe de golf-carrière van de Rodesch-broers begon toen ze ongeveer 10 jaar oud waren, van wie de jongste, Freddy, één van de beste spelers van Europa werd!

De club-house in 1933 met aan de achterkant het kasteel Vandenbosch.

Waarom heet Waterloo voor deze golfclub in… Sint-Genesius-Rode? Heel eenvoudig omdat de oprichters van de club (Georges Romdenne, de graaf Joseph d'Oultremont, Lucien Janlet, Paul Loicq, Sidney Mills en de meest ondernemende onder hen Rodolphe Seeldrayers, - die beroemd zou worden door in 1954 voorzitter van de FIFA te worden - waren van mening dat, om hun club een internationale bekendheid te geven, een naam moest krijgen die over de hele wereld bekend was. De naam van de naastgelegen bekende gemeente Waterloo werd al snel aan de club toegeschreven, want wie in de wereld kende de beroemde Slag bij Waterloo van 1815 niet?

Toen de club in 1923 werd opgericht, was de eigenaar van het pand Albert Marteaux, een bekende arts en politicus van links (zelfs een communist!). Hij trouwde in 1946 met Madame Renée Lambeau en stierf kort daarna in 1949. Zij was het dan ook die eigenaar werd van al deze landbouwgrond en in 1958 weigerde ze de golfclub de erfpacht van 37 jaar te verlengen, die in 1960 afliep. Ze had inderdaad vastgoedvisies op dit uitgestrekte gebied van honderd hectare goed gelegen niet ver van Brussel. Het werd de elitaire woonwijk "oude golf".

Spelers in 1926 met de Blarethoeve aan de achterkant.

De golfclub, die na 35 jaar de Royal Waterloo Golf Club werd, moest daarom, als ze niet wilde sterven, emigreren. De president André Mussche ontdekte een uitgestrekte landbouwgrond op het grondgebied van Ohain (ongeveer 140 ha) dat toebehoorde aan de familie Solvay-Janssen. Ze gingen een nieuwe, verlengbare huurovereenkomst van 25 jaar aan en alle leden namen deel aan een lening om een ​​nieuwe baan te bouwen (eigenlijk een 18-holes baan ontworpen door Frederick Hawtree, en een kleinere 9-holes baan) en een nieuw club-house (ontworpen door architect Gilissen).

De caddies van de Challenge Donald Swaelens 1976.

Verschillende bekende families uit Sint-Genesius-Rode namen oorspronkelijk deel aan het leven van de club, zoals de Swaelens, Nekkebroek, Paneels, etc. Een van hen, Jules Swaelens, werd een uitstekende golfleraar, net als zijn broers Henri en Joseph Swaelens. Jules' zoon Donald werd begin jaren zeventig zelfs de beste speler van België en verwierf internationale bekendheid. Maar hij zou in 1975 op 39-jarige leeftijd aan kanker overlijden. Ter ere van hem werd een grote internationale wedstrijd op uitnodiging georganiseerd, de "Donald Swaelens Challenge" die elk jaar van 1976 tot 1979 plaatsvond.

Getuigenis van Christian Nekkebroeck, Rodenaar en familielid van een caddie: “Een meerderheid van de caddies waren Rodenaars en werknemers van de papierfabriek (toen nog Pont de Warche). Ze werkten in een ploegenstelsel, sommige konden zich vrijmaken in de voormiddag, anderen in de namiddag.

De caddies beweerden ook dat ze op een weekend meer verdienden dan een ganse week te gaan werken. De Royal Waterloo Golfclub  was toen zeer elitair. De clubhouse was voor de leden, echtgenotes en kinderen van de caddies waren niet altijd welkom. De après-golf was ook een moment van ontspanning en van besprekingen voor de spelers. Op zonnige zondagen gingen de echtgenoten met de kinderen hun “caddie” tegemoet in de stamenij Aux Mille Moutons bij Marieke Goossens, waar de kinderen in de grote tuin konden spelen. Aux Mille Moutons (ondertussen al lang verdwenen) lag rechtover de Blarethoeve, aan de arrêt van tram. Wellicht waren de pintjes ook iets goedkoper dan in de clubhouse.”

Sindsdien heeft de Royal Waterloo Golf Club zich verder ontwikkeld: in 1981 werd een nieuwe 18-holes baan aangemaakt genaamd "The Lion", terwijl de baan van oorsprong "La Marache" noemde. Een extra baan met 9 holes, "de Bois-Héros", vervolledigt het uitzonderlijke aanbod aan cursussen dat aan de leden wordt aangeboden. De club is in Europa een referentie geworden voor de kwaliteit van haar faciliteiten en haar internationale staat van dienst.

De match Henry Cotton - Walter Hagen in 1933 voor het 10-jaar jubileum van de club.

Van de oude faciliteiten is het enige dat overblijft de Blaret-boerderij die gelukkig werd gerestaureerd en het oude clubhuis dat in 1960 door pater Froidure werd gekocht om het Home Suzanne Van Durme te worden (huidig adres Golflaan, 44), een instelling met een sociale roeping om de ontwikkeling van kinderen in moeilijkheden te helpen. Gelukkig weten de alumni van de club dat het plezier van golfen in Sint-Genesius-Rode is begonnen!