Cinema’s Roxy & Trianon

Een namiddag samen gaan dromen

Tekst geschreven door: Eddy Vannerom

Korte geschiedenis van de cinema's van Rode.

Bronnen:

  • Interview Sarah Tassignon voor de Trianon.
  • Interview en beeldmateriaal van Linda Louckx en Johnny Louckx voor de Roxy

Cinema Roxy in 1934

In 2021 kunstmatig gekleurde foto

Op een boogscheut van elkaar had Rode 2 cinemazalen. De Trianon in de Lindestraat en iets hogerop de Roxy in de Terheydestraat. Beide cinema’s openden de deuren in de jaren 20 tijdens de grote opbloeitijd van de filmindustrie.

Cinema Roxy in de jaren '70

Foto: Eddy Vannerom

Cinema Trianon in 1987

Foto: Eddy Vannerom

In de Terheydestraat hadden Jean-Paul Louckx en zijn vrouwtje Jeanne-Catherine Danneel een kruidenierswinkel en een café “Café du sport”. Samen hadden ze veel landerijen met schapen, varkens, konijnen en kippen en tevens een atelier want Jean-Paul was decoratie-aannemer. Dit atelier verbouwde Jean-Paul tot een bioscoop genaamd Roxy.

Café, kruidenierswinkel en atelier voor de bouw van de Roxy

Oud-strijder Alfons Lovenweent besloot na Wereldoorlog 1 met zijn echtgenote, Julie Wets (ook gekend als Gelee Petite), cinema Trianon te openen. Met zijn 400 stoelen, die Alfons als meubelmaker eigenhandig had gemaakt, was de Trianon de grootste van de twee. De naam Trianon kwam van een restaurant in Ter Kamerenbos waar Julie als dienster had gewerkt.

Jean-Paul Louckx & Jeanne-Catherine Danneel

In 2021 kunstmatig gekleurde foto

De afkomst van de naam Roxy is niet bekend. Jean-Paul en Catherine hadden 11 kinderen. Enkel zijn zoon Robert nam samen met zijn vrouw Ermina het initiatief van de cinema-uitbating over. Ermina deed de kassa en friskoverkoop en Robert de projectie met de hulp van zijn neefje Johnny. Met de komst van de geluidsfilm in de jaren 30 kenden beide zalen, die met elkaar overigens niet concurreerde, groot succes.

In 1934 was er in de Kerkstraat in het Brouwershuis zelfs een derde filmzaal. Die zaal droeg de naam “Familia” en bracht onder meer de eerste verfilming van “De Witte”. Maar de nieuwe zaal trok niet voldoende volk en werd in 1935 opgedoekt.

Binnenkant van de cinema Roxy in de jaren '20

De Roxy van Jean-Paul en Catherine Louckx, had geen balkon, maar wel achteraan een verhoging van de vloer. De muren en het plafond waren getooid met rode velours doeken als decoratie. Boven de zaal van de Roxy bevonden zich drie appartementen en rechts van de bioscoop hadden de uitbaters ook nog steeds café “Café du sport” waar men na de vertoning nog wat kon napraten.

Ondanks de Duitse filmcensuur tijdens Wereldoorlog 2 zorgden de cinema’s voor de zeldzame ontspanningsmogelijkheden voor de Rodenaren. Alfons en Julie, de Trianon-uitbaters, kregen 2 zonen; Maurice en François. Maurice kende de technische projectietechniek en hielp zijn vader in de projectiekamer. De films waren toen op grote spoelen pellicule. Het gebeurde al eens dat de film scheurde, waarbij het publiek de uitbaters op een fluitconcert trakteerde. Maar de Mio frisko-verkoop tijdens de pauze herstelde de sfeer. De Trianon had ook achteraan een klein balkon. Dit werd door de jeugd zeer gegeerd. De kans om door moeder betrapt te worden wanneer wat kusjes werden uitgedeeld was immers kleiner wanneer je achteraan in de zaal zat.

Interieur Cinema Roxy

De jaren 50 waren de gloriejaren voor beide bioscopen. Tot zeven vertoningen per week werden er geboekt. De cinemascope films

(techniek voor opname en projectie van extra-brede beelden) deden hun intrede waardoor verbouwingswerk aan het scherm en zaal noodzakelijk was. Kaskrakers zoals “De 10 geboden” (1956) en “Ben Hur” (1959) sierden het scherm. Bij de film “Sissi” (1955) was de capaciteit van de zaal te klein en werden er zelfs stoelen vanuit het café bijgezet. Men nam het blijkbaar niet zo nauw met de brandveiligheid in die tijd. Robert en zijn neefje Johnny gingen geregeld op woensdag naar 20th Century Fox in Brussel om de blockbusters voor de Roxy in huis te halen. Zij hadden daar immers een contract waarbij ze bij een belangrijke film verplicht waren er een aantal B-films bij te nemen.

De bioscopen hadden ook neven-activiteiten zoals een goochelaar tijdens de pauze, een bonte avond van de oud-strijders waarbij men zang, dans en korte sketches opvoerde. Zelfs Bobbejaan Schoepen betrad met zijn paard het podium van de Trianon. In de Roxy hield men een benefietavond met de cabaretiers Co Flower en Charel Jansens ten gunste voor de slachtoffers van de mijnramp Marcinelle in 1956.

Met Ro kermis werden beide zalen geheel ontruimt om een Decap orgel te plaatsen. Heel de familie werd gemobiliseerd. Al de stoelen werden gedemonteerd en achter het schermdoek geplaatst. Voor het doek sierde het reusachtig Decap orgel het podium. Achteraan de zaal kwam een dranktoog en de kleinkinderen kregen als taak om de vloer dansklaar te maken. Achteraan hun fiets was een jutte zak gebonden waarop één van de kinderen zat om contact met de vloer te bewaren en zijn vriendje fietste constant toertjes om op die wijze het gele boenwaspoeder op de vloer te verspreiden. Zaterdag om 17 uur begon het bal. De zalen zaten in een mum van tijd stampvol en er werd 4 dagen non-stop gedanst tot dinsdag ochtend.

Decap orgel - zie hier voor meer informatie http://www.decap-gebr-antwerp.com

In de Roxy bakte Catherine taarten en balletjes die ze verkocht. De mensen maakten veel plezier. Ze gingen er eventjes tussen uit om thuis een paar uurtjes te slapen en kwamen dan terug om de dansvloer verder onveilig te maken. Enkel de processie op zondag en de jaarmarkt op maandag zorgden voor een adempauze.

Met de komst van de televisie in de jaren 60 zakte de opkomst van het publiek. Films als West Side Story (1961) en Lawrence of Arabia (1962) moesten voor een heropbloei zorgen maar dat baatte niet meer. De Roxy ging in het voorjaar van 1964 dicht en de Trianon heropende niet meer na de grote vakantie van datzelfde jaar.

Na bijna 40 jaar Rodense Hollywood glorie werd de Trianon een opslagplaats voor meubelfabrikant Struelens en tenslotte omgebouwd tot een privéwoning. Het projectiemateriaal van de Roxy is door Robert Louckx aan de ULB-universiteit van Brussel geschonken doordat hij daar werknemer was. De Roxy werd verkocht aan kolenhandelaar Liebert nadat in begin jaren 70 het dak was ingestort tijdens een felle nachtstorm. Zijn zoon Guy heeft er nu een groothandel in onderdelen en accessoires voor motorvoertuigen.